Algemeen

Omgeving

Het Eemsdeltacollege is actief in een regio waarin het aantal inwoners de komende jaren naar verwachting fors terugloopt. Die demografische ontwikkeling heeft uiteraard gevolgen voor de school. Op 1 oktober 2017 had Eemsdeltacollege in totaal 2.092 leerlingen, verdeeld over:

Bovenstaand overzicht is inclusief VAVO leerlingen.

Op basis van prognoses voorzien we een daling van leerlingenaantallen in de komende jaren die leidt tot de volgende aantallen (uitgaande van een gelijkblijvend marktaandeel voor Eemsdeltacollege).

Deze daling van leerlingenaantallen heeft uiteraard gevolgen voor de hoeveelheid arbeidsplaatsen. Bij een gelijkblijvend aanbod van opleidingen betekent bovenstaande daling in leerlingenaantallen het volgende voor de ontwikkeling van de werkgelegenheid:

Bovenstaand overzicht is de formatie exclusief ziektevervanging. Ziektevervanging is per saldo 5 FTE. Bovenstaand overzicht betreft de stand op 31-12-2017. De overige gegevens betreffen prognoses vanuit de afdeling Planning & Control.

Binnen Eemsdeltacollege is de medezeggenschap als volgt vormgegeven. De deelscholen voor vmbo en havo-vwo hebben elk een eigen deelmedezeggenschapsraad (DMR). In deze deelmedezeggenschapsraden komen die onderwerpen aan de orde die voor deze afdelingen van belang zijn. Binnen de DMR-en wordt gestreefd naar een goede vertegenwoordiging van alle geledingen in de school. Zo mogelijk is elk team vertegenwoordigd.

Met ingang van het nieuwe cursusjaar is voor het eerst sinds de fusie ook weer een nieuwe periode van de medezeggenschapsraad ingegaan. De vertegenwoordiging van de GMR is daarbij, voor de personeelsgelding, grotendeels gelijk gebleven. Voor de DMR geledingen geldt dat er veel nieuwe mensen zijn toegetreden. Positief is het om te kunnen melden dat we er in zijn geslaagd om ook meer leerlingen vanuit de leerlingenraad te betrekken bij de besluitvorming binnen onze school.

Omdat we met veel nieuwe mensen de medezeggenschap vorm geven, is er voor gekozen om te starten met een inhoudelijke cursus waarbij rechten, plichten en instrumentarium van de medezeggenschapsraden zijn besproken. We kijken terug op een inhoudelijk goede cursus waaraan we in de praktijk al veel hebben gehad.

Wanneer er een terugkoppeling volgt in de gezamenlijke medezeggenschapsraad laten de overige leden zich informeren door de directeur bestuurder en de leden van de betreffende medezeggenschapsraad. Er is een afspraak gemaakt dat andere leden besluiten die eerder al genomen zijn in een deelmedezeggenschapsraad niet zomaar kunnen blokkeren. Op deze manier wordt voorkomen dat ontwikkelingen worden gefrustreerd. Wel kunnen er adviezen worden gegeven.

Naast de medezeggenschapsraden voor de deelscholen is er, vanwege het hebben van een eigen BRIN-nummer, een aparte medezeggenschapsraad voor het praktijkonderwijs. Na een periode van gezamenlijk met het vmbo vergaderen vergadert de MR PrO weer apart.

Het ondersteuningsbureau heeft een medezeggenschapsraad die slapend is. Een vertegenwoordiger van het ondersteuningsbureau is als lid van de GMR vertegenwoordigd. Naast de algemene belangen van de school, behartigd hij ook specifieke belangen van het ondersteuningsbureau.

Het afgelopen jaar heeft de GMR acht keer vergaderd. Tijdens deze vergaderingen heeft de GMR zich beziggehouden met de herziene reorganisatieplan en het daaruit voortvloeiende sociaal plan tussen werkgever en bonden. De GMR is door de voorzitter en secretaris vertegenwoordigd bij de gesprekken met de vakbonden. Formeel heeft zij daar de rol van toehoorder, waarbij we in aanloop en tussendoor gevraagd en ongevraagd adviezen kunnen geven. Voorafgaande aan deze overleggen heeft de GMR steeds contact gezocht met de vakbonden en ook de informele vergaderingen met de bestuurder bijgewoond als actief deelnemer aan het gesprek. Deze overleggen zijn steeds goed verlopen en hebben ervoor gezorgd dat we naast het proces ook de afspraken goed konden bewaken. Naast de bestaande mogelijkheden is ook de mogelijkheid van de 60-80-80 regeling goedgekeurd door de GMR en voor een jaar vastgelegd. Deze regeling faciliteert medewerkers van 63 jaar en ouder die voor een aanstelling van 60% voor 80% betaald krijgen en voor 80% pensioen opbouwen. Daarna zal er een evaluatie volgen.

Bij de gesprekken met vakgroepen die waren aangewezen vanwege boventalligheid is een vertegenwoordiging van de MR aangeschoven om de gesprekken mee te maken.

Met de bestuurder zijn afspraken gemaakt over het mogelijk maken van vaste benoemingen binnen een aantal vakgebieden waarvan door natuurlijk verloop, en een krappe markt mogelijkheden zijn voor deze benoemingen.

Met de bestuurder wordt jaarlijks een plafond voor de personele formatie afgesproken. Mochten er afwijkingen zijn dan worden deze zo snel mogelijk gemeld en treden we in overleg over het al dan niet aanpassen van het plafond.

Het belangrijkste onderwerp waarmee de medezeggenschap zich heeft bezig gehouden is de nieuwbouw en als onderdeel daarvan de doordecentralisatie van de gebouwen vanuit de gemeente naar de school. Dit traject was intensief. We hebben daarover steeds goed gesproken met zowel de deskundigen vanuit de school als met de door ons als medezeggenschap zelf gezochte deskundigheid bij de vakbonden. Juist omdat het gaat om een groot besluit waarbij we ons voor een langere periode verbinden vonden we het belangrijk dat we een weloverwogen besluit konden nemen.

Een ander onderwerp op de agenda vormde het inspectieoordeel van de afdelingen basis en kader binnen het vmbo van de locatie Sikkel en de aankondiging voor de havo.

Daarnaast zijn er ook veel positieve ontwikkelingen in de school. Het vernieuwde vmbo biedt veel mogelijkheden en door een aantal vakgroepen wordt hard gewerkt om op tijd klaar te staan. Daarbij is ook goed gekeken naar de arbeidsmarkt en de vraag in de regio. Binnen de nieuwbouw ook in de combinaties met het middelbaar beroepsonderwijs.

Het leerlingenstatuut is het afgelopen jaar in werking getreden. Leerlingen van verschillende locaties hebben bij de opstelling hierin prima samengewerkt. Voor de collega’s is het belangrijk dat zij op de hoogte zijn van dit statuut. Aan nieuwe collega’s zal het bij indiensttreding worden verstrekt. We denken nu na over de vraag op welke manier we de verschillende statuten en protocollen een plek kunnen geven waarbij ze te raadplegen zijn voor de collega’s.

Het afgelopen jaar was voor de medezeggenschap een goed jaar. Het is goed om te zien dat we met nieuwe mensen weer volledig op sterkte zijn en dat ook leerlingen actief participeren. Voor de leden van de medezeggenschap is het belangrijk dat zij vragen die leven bij het personeel op een goede manier verder kan brengen. Daartoe worden de collega’s dan ook actief uitgenodigd.

Onderwijs

In deze paragraaf worden de onderwijsontwikkelingen besproken:

VMBO/PRO

SIKKEL

Onderwijsontwikkeling en –kwaliteit
Er is de afgelopen jaren hard gewerkt aan de kwaliteit van het onderwijs en dan met name van het pedagogisch-didactisch handelen van onze docenten. Aan het eind van het schooljaar 2016 – 2017 werd dit door de inspectie als ‘zeer zwak’ beoordeeld. Dankzij een gezamenlijke inspanning van alle medewerkers van het VMBO is het gelukt om medio 2017 weer een positief oordeel te ontvangen van de inspectie van het onderwijs.

Profilering
Binnen de beroepsgerichte vakken is in alle profielen gestart met de nieuwe inhoud en structuur van het VMBO. De school biedt nu de volgende profielen aan: Zorg &Welzijn, Economie en Ondernemen en binnen Techniek de profielen BWI en PIE. De school is gestart met een nadere verkenning van wat een goed en passend onderwijsaanbod is binnen de verschillende leerwegen.

We zien LOB als een steeds belangrijker onderdeel van de ontwikkeling van ons onderwijs. In dit jaar zijn we gestart met het meer betrekken van mentoren bij de oriëntatie op vervolgstudie en beroepen.

Professionalisering
Vooral in het kader van het Verbetertraject Onderwijswijs tijd is er meerjarig geïnvesteerd in het verbeteren van de leskwaliteit. Er is een scholingsactiviteit opgezet die aansluit bij de mate waarin docenten hun beroepsvaardigheden hadden ontwikkeld, lessen zijn door mensen van binnen en buiten de school bezocht. Het managementteam is begeleid door een externe partij. Voor een deel betrof dit individuele coaching-on-the-job van directeur en teamleiders, daarnaast is er gewerkt vanuit een gedeeld programma om zo ook meer eenheid te bewerkstellingen in aanpak en uitstraling van het managementteam.

SIDDEBUREN

In 2017 bereikte de school het hoogste aantal leerlingen ooit, meer dan 200. Dit betekende een duidelijk merkbaar ruimtegebrek. Dat werd gedeeltelijk opgevangen door gebruik te maken van lokalen in de Openbare Bibliotheek. Wederom lagen de resultaten van de nevenvestiging te Siddeburen op of boven het landelijk gemiddelde.

Werken aan een heldere profilering van onze opleidingen
Kenmerkend voor locatie Siddeburen zijn de meerdere onderwijsprojecten. Een voorbeeld hiervan is het project ‘Doe dicht maar’ waar leerlingen landelijke prijzen hebben behaald. Maar liefst 11 leerlingen wonnen een prijs, hiervan was één leerling zelfs bij de beste 10 geëindigd!

Van belang is om hier het project ‘cultuurreporters’ te vermelden van “De frisse blik”. Het (mediawijsheid)project werkt toe naar een doorlopende leerlijn filmen/cultuureducatie voor klas 1 t/m 4. Gedurende drie jaar zijn de leerlingen inhoudelijk met non-fictie film bezig. Zij zetten film in als creatief gereedschap om op onderzoek uit te gaan. Voor ouders is er twee keer een speciale filmavond georganiseerd om de resultaten te tonen.

Met het project “rondje Groningen” vertegenwoordigde de school de provincie Groningen in de landelijke competitie voor de Nationale Onderwijsprijs 2017. Tijdens de provinciale rondes heeft locatie Siddeburen de 1e prijs gewonnen. Daarmee gingen we door naar de landelijke competitie. Een spannende strijd die we net niet gewonnen hebben. Het meedoen en aanwezig zijn bij de Landelijke finale in het World Trade Center in Rotterdam was een belevenis.

Klas 3 werkte aan een uniek vakoverstijgend project ‘De Groene Dollarddijk’ over de dijken van de Eems en de Dollard. De opdracht kwam van Waterschap Hunze en Aa’s. De vakken Nederlands, wiskunde, natuurkunde, scheikunde, biologie, aardrijkskunde en beeldende vorming werden ingezet om een mooi resultaat te behalen. De ideeën werden uitgewerkt in filmpjes, werkstukken/maquettes en een model in 3D, gemaakt met een 3D printer. Presentaties werden gehouden en gejureerd tijdens het Jeugdwatercongres in het provinciehuis in Assen.

Versterken, verbeteren en verankeren van de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding van onze leerlingen
Kenmerkend voor Siddeburen is de kleinschalige zetting. Op de school wordt een breed en duurzaam onderwijsaanbod aangeboden, waarbij aandacht is voor brede vorming. Deze brede vorming speelt een prominente rol bij de persoonlijke ontwikkeling (persoonsvorming) van leerlingen en staat in verbinding met hoe leerlingen zich verhouden tot de maatschappij (socialisatie) en met een goede basis van kennis en vaardigheden (kwalificatie).

Aan de leerlingen wordt structuur geboden om zich te ontwikkelen. De kleinschalige omgeving en de ondersteuningsmogelijkheden van het team en begeleiders heeft als effect dat er bovengemiddeld aantal leerlingen een specifieke begeleiding of ondersteuning vragen.

Werken aan de professionele ontwikkeling van alle medewerkers
De school geeft ruimte aan de individuele ontwikkeling van haar medewerkers en het team. Het docententeam functioneert als een expertteam rondom de leerling. Via individuele- of teamscholing zijn medewerkers in staat om zich te ontwikkelen.

Binnen het team werd docente Didy Pijpker in mei genomineerd als de beste docent Nederlands door het radioprogramma “de Taalstaat” van Frits Spits. In de mooie uitzendingen werd de nevenvestiging mooi voor het voetlicht gebracht.

In oktober werd Didy Pijpker verkozen tot Leraar van het jaar 2017. Een enorme eer! Zij zal de komende tijd columns schrijven en lezingen geven in het land.

Praktijkonderwijs

Het praktijkonderwijs staat voor de opdracht leerlingen te begeleiden naar werk of naar een vervolgopleiding in een markt, waarin laaggeschoolde arbeid minder voorhanden is en geautomatiseerde processen een steeds grotere inbreng hebben op de arbeidsmarkt.

Werken aan een heldere profilering van onze opleidingen
Om de identiteit van de school te bekrachtigen en met een heldere visie op het onderwijs te werken, heeft het team enkele jaren geleden drie Waardes ontwikkeld en uitgewerkt:

• Zelfvertrouwen;
• Relatie;
• Eigenaarschap.

Deze Waardes geven inhoud aan de school die het Praktijkonderwijs van het Eemsdeltacollege wil zijn. Deze waardes zijn verder geladen met inhoud, oftewel uitgewerkt in verdere afspraken hoe deze waardes zich verhouden in de school.

Versterken, verbeteren en verankeren van de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding van onze leerlingen
De individuele leerroute is onderdeel van die visieontwikkeling. Om dit te bewerkstelligen heeft het team zich steeds meer toegelegd op het gepersonaliseerd leren. Voor elke leerling wordt een individuele leerroute opgezet: om het gepersonaliseerde leren in de school te versterken is gekozen voor het digitale programma Profijt. Profijt is een systeem dat de docent in staat stelt diverse doelen samen te bundelen tot een individuele traject dat is te koppelen aan een leerling. Leerlingen kunnen voor zichzelf doelen formuleren om vervolgens met die doelen de school in te gaan en daar aan te werken.

Ter ondersteuning, om met Profijt te kunnen werken, zijn IPads als klassensets aangeschaft.

Om het project in de school te ondersteunen heeft het team aansluiting gevonden bij Leerling 2020 en maakt het vanuit die organisatie deel uit van het Leerlab ‘inrichten individuele leerroute’.

Werken aan de professionele ontwikkeling van alle medewerkers
Het team zit nu in een evaluatiefase betreft de Waardes. Het proces van ontwikkeling en uitvoering wordt geëvalueerd en meegenomen in het schoolplan ‘visieontwikkeling Praktijkonderwijs 2018-2022’: waar staat het praktijkonderwijs Eemsdeltacollege over vier jaar, hoe ziet deze school er dan uit, wat is het beeld. En wat is er nodig om tot dat beeld te komen. Welke doelen herleiden dan terugwerkend van 2018 tot 20122 naar dat beeld, die ontwikkeling. Middels twee studiedagen gaat het team met deze vraag en subvragen aan de slag.

HAVO/VWO

Versterken, verbeteren en verankeren van de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding van onze leerlingen.
Om de opbrengsten op het gebied van onder- en bovenbouwrendement verder te verbeteren zijn er vijf werkgroepen geformeerd die zich bezig houden met Analyse/Onderwijsresultaten, Verbetering leskwaliteit, Instroom TL-leerlingen in havo 4, Versterking mentoraat en Versterking management.

Daarnaast is er blijvend aandacht voor het cyclisch bekijken en bespreken van de opbrengsten en resultaten waaraan verschillende gedifferentieerde plannen van aanpak zijn gekoppeld. Een voorbeeld hiervan is te vinden in de mentorenoverleggen, waarin de risicoleerlingen worden besproken en plannen worden vastgelegd in Magister.

Ook is er een vervolg gegeven aan verschillende projecten om het onderwijs verder te verbeteren. Een voorbeeld hiervan is de projectgroep Leerlabs, waarmee in nog meer klassen wordt gewerkt en waarbij door inzet van ICT meer differentiatie in de les plaats vindt. De uitbreiding met een extra IPad-kar en laptop-kar heeft hierbij een positieve invloed. Verder zijn daar waar de resultaten directe aanleiding gaven, incidentele maatregelen getroffen om leerlingen extra les en een extra mogelijkheid te bieden om resultaten te verbeteren.

Werken aan een heldere profilering van onze opleidingen
De voortzetting van de VWO-plus klas in vwo-3 is een voorbeeld van verdere aanscherping van onze visie ten aanzien van het lesgeven. Het resultaat is dat er meer uitdaging is voor deze leerlingen en bovendien zijn er meer leerlingen op het vwo-niveau gebleven.

Op verschillende terreinen is gewerkt aan een betere overgang van onderbouw naar bovenbouw. Bijvoorbeeld door het in de derde klas starten met toetsen waarin onderscheid wordt gemaakt tussen wiskunde A en B om hiermee de leerlingen beter te kunnen adviseren in de te maken profielkeuzes.

Binnen het nieuwbouwtraject is hernieuwd gekeken naar de onderwijsvisie voor de toekomst. Dit krijgt een vervolg in het komend kalenderjaar.

Werken aan de professionele ontwikkeling van alle medewerkers
Met alle docenten is een startgesprek gevoerd met daarin aandacht voor de uitgevoerde en gewenste scholingsactiviteiten. Daarnaast is er een werkgroep aan de slag gegaan met het opstellen van een gemeenschappelijke kijkwijzer waarmee in 2018 concreet zal worden gewerkt. Een andere werkgroep (Mentoraat) is gestart met het beter in kaart brengen van de mentoraatsprogramma’s, met als doel om te komen tot meer eenduidigheid in het uitvoeren van het mentoraat en de individuele begeleiding van leerlingen.

Er is een pilot uitgevoerd rondom het afnemen van digitale docentevaluaties in de onderbouw, wat gaat leiden tot een invoering voor alle opleidingen/jaren in de overige jaren. Het management heeft training on the job ontvangen, waarbij met name aandacht is voor het afmaken van de PDCA-cyclus. In samenwerking met drie collega-scholen is met succes een aanvraag ingediend voor het worden van een opleidingsschool. Hier zijn de schoolopleiders bij betrokken, zodat ook in het begeleiden van stagiairs een extra professionaliseringsslag wordt gemaakt.

Internationale schakelklas (ISK)

ISK is een afkorting voor Internationale schakelklas. Deze afkorting is een ingeburgerde term voor het onderwijs aan een afdeling Eerste Opvang Anderstaligen (EAO). De ISK van Eemsdeltacollege heeft een regionale functie. De ISK betrekt haar leerlingen uit Delfzijl en de directe omgeving.

Het betreft kinderen die:

• met hun ouders in het asielzoekerscentrum te Delfzijl wonen;
• naar Nederland zijn gekomen in het kader van gezinshereniging of –vorming;
• langdurig met ouder(s) in het buitenland gewoond hebben, waardoor de kennis van het Nederlands vervaagd is;
• afkomstig zijn uit de Antillen en hun reguliere opleiding in het Papiaments hebben gehad.

Werken aan een heldere profilering van onze opleidingen
Het onderwijs in het ISK heeft mede ten doel om de leerlingen te leren omgaan met de Nederlandse cultuur. Aan de basale omgangsnormen en het leren omgaan met het eigene van de Nederlandse etniciteit wordt dan ook aandacht besteed. Op deze wijze wordt geprobeerd om de leerlingen op een evenwichtige manier voor te bereiden op een succesvol vervolg in het reguliere Nederlandse onderwijs, alsmede aan een aantal inburgeringaspecten. Leidend hierbij zijn de leerlijnen zoals die opgesteld zijn door LOWAN- ITTA. De leerlijnen kennen drie uitstroomprofielen te weten:

• Route 1: 12-16 jaar PRO/VSO en 16+ werk/inburgering
• Route 2: 12-16 jaar vmbo basis en 16+ mbo entree/niveau 2
• Route 3: 12-16 jaar vmbo kader/TL, havo/vwo en 16+ mbo 3-4 / schakeljaar / vavo

Versterken, verbeteren en verankeren van de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding van onze leerlingen
Het startniveau van de ISK-leerlingen is zeer divers. Dat betekent dat er op het gebied van didactisch en pedagogisch handelen veel differentiatiepotentieel en sociaal/emotionele flexibiliteit wordt verwacht van de ISK-docent. Veel van de ISK leerlingen kennen een traumatisch verleden omdat een deel van de leerlingen afkomstig is uit (voormalige) oorlogsgebieden. Deze kinderen hebben veel meegemaakt en kunnen traumatisch reageren op plotselinge gebeurtenissen, (latente) conflicten enz..

Voor alle leerlingen geldt dat zij te maken hebben met een gevoel van ontheemding:

• weg uit het eigen taalgebied;
• weg van familie;
• vrienden moeten achterlaten;
• en school moeten achterlaten (inclusief de normale voortgang).

De ISK docenten zijn instaat om hier op een tactvolle manier te kunnen inspelen. Door specifieke testen (o.a. leerbaarheidstoets NT2 en WNV) heeft de docent helder voor ogen op welke wijze taalverwerving het beste kan plaatsvinden.

Werken aan de professionele ontwikkeling van alle medewerkers
De docenten houden nauwlettend de nieuwe ontwikkelingen bij, op het gebied van NT2 door jaarlijks de LOWAN studiedag te bezoeken. Gedurende deze studiedag worden in diverse workshops verschillende onderdelen van NT2 besproken en is er aandacht voor culturele verschillen in de klas. Daarnaast worden ook de ontwikkelingen met betrekking tot doorstroom naar het reguliere onderwijs uit het land gedeeld.

Enkele docenten hebben de NT2 opleiding van ITTA gevolgd. Dit levert een aanvullende kennis op met betrekking tot NT2 voor de docenten die nieuw het vak instromen. Voor de docenten die net zijn binnengekomen en de oudgedienden zijn er enkele studiedagen op de Vrije Universiteit waar aan verschillende onderdelen van het NT2 aandacht besteed wordt.

Binnen het team van de ISK heeft een docent een certificaat gehaald voor SOVA- en faalangsttraining.

Leerlingenverloop
In 2017 heeft de ISK-afdeling een groei doorgemaakt in het aantal leerlingen, van 74 naar maximaal 131 leerlingen. Opvallend is dat de groei gepaard gaat met een steeds wisselende in- en uitstroom.

De groei werd veroorzaakt door een specifieke groep ISK leerlingen, de alleenstaande minderjarige vluchtelingen (AMV-ers).

Dit vraagt het nodige van de docenten om een pedagogische en didactische omgeving neer te zetten, die de leerlingen motiveert en stimuleert. De leerlingen moeten zich veilig en welkom voelen.

Onderwijskwaliteit

Hieronder staan de arrangementen zoals de inspectie die heeft toegekend in 2017 aan de verschillende opleidingen van de school vermeld. Voor het opbrengstenoordeel van de inspectie wordt verwezen naar bijlage 3 (HAVO-VWO), bijlage 4 (VMBO) en bijlage 5 (VMBO-TL in Siddeburen).

Onderwijsresultaten

Examen
In 2017 namen in totaal 423 leerlingen van Eemsdeltacollege deel aan het Centraal Schriftelijk Eindexamen. Hieronder de resultaten van deze leerlingen in termen van het aantal geslaagden.

Nieuw onderwijsresultatenmodel Inspectie
De inspectie werkt in het nieuwe onderwijsresultatenmodel niet langer met relatieve normen, maar met absolute waarden die voor een bepaalde tijd worden vastgelegd. Belangrijkste wijzigingen zijn:

• Absolute norm: door de norm voor een bepaalde periode vast te leggen, weten scholen vooraf waar ze aan moeten voldoen. Bovendien is alleen de eigen score van de school van belang.
• ‘Onder de norm’ of ‘boven de norm’ : de onderwijsresultaten als geheel worden beoordeeld als onvoldoende of voldoende.
• Extra indicator onderbouw: de positie van leerlingen in leerjaar 3 ten opzichte van het basisschooladvies komt los te staan van de hoeveelheid leerlingen die blijft zitten in leerjaar 1 en 2.
• Dubbeladvies: Leerlingen met een dubbel advies die in leerjaar 3 op het laagste van de twee niveaus zitten, krijgen niet langer een negatieve weging; leerlingen die op het hoogste niveau van de twee zitten, krijgen wel een positieve weging.
• Beroepsvakken vmbo: resultaten tellen mee bij het gemiddeld cijfer voor het centraal examen.
• Verschil se-ce tellen diagnostisch binnen dit model.

Rekentoets
In onderstaand schema zijn de resultaten van de examenleerlingen op de rekentoets 2017 weergegeven. Het gemiddelde cijfer van de examenkandidaten bij vmbo-basis en vmbo-tl is sterk verbeterd.

Bron: Magister Eemsdeltacollege

Uit vergelijkende gegevens blijkt dat met name vmbo-basis positief scoort (zie bijlage 4 in het downloadbare jaarverslag).

Verbonden partijen

Gelieerd aan het EDC is de Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs Eemsdelta gevestigd te Delfzijl. De stichting heeft ten doel het borgen van levensbeschouwelijke vorming in het algemeen en het christelijk gedachtegoed in het bijzonder in het voortgezet onderwijs in de regio Eemsdelta.
De stichting streeft haar doel onder meer na door uitoefening van de haar – op de voet van de statuten van de stichting: Stichting voortgezet onderwijs Eemsdelta, statutair gevestigd te Appingedam, toekomende bevoegdheden.

Overig

Naleving branchecode
Binnen het EDC wordt niet bewust de branchecode gehanteerd. Er is sprake van intern toezicht door de Raad van Toezicht en extern toezicht door enerzijds de Accountant en anderzijds de Onderwijsinspectie. Daar waar nodig zoeken wij de horizontale dialoog op met bijvoorbeeld de Belastingdienst. Dus van een afwijking van de code is geen sprake.

Inrichting van de dialoog met de interne en externe actoren (horizontale verantwoording)
Horizontale en verticale verantwoording doen we ten eerste voor een groot deel in geformaliseerd overleg als GMR en RvT. Daarnaast wordt er intern overlegd met leerlingenpanels, ouderraad en leerlingenraad. Verticaal verantwoorden we ons ook naar overheid en inspectie.

Tot slot spreken we Informeel met vertegenwoordigers van de gemeenten waar we actief zijn, ondernemers, vertegenwoordigers van PO en vervolgonderwijs en met vakbonden.

Gevoerde beleid inzake beheersing van uitkeringen na (deeltijd) ontslag
In het kader van het sociaal plan hebben we overleg gevoerd met UWV. We hebben proactief contact gezocht met de belastingdienst met als doel om eventuele uitkeringen voor te leggen aan de belastingdienst waarbij het doel is om voor elk voorgestelde individuele regeling een beschikking te krijgen.

Bij (deeltijd) ontslag wordt altijd gestreefd naar een begeleiding van werk naar werk. Hierdoor hopen we de wachtgeld verplichting tot een minimum te beperken.

Afhandelen van klachten
Op dit moment is er een klachtenprocedure. Klachten worden niet formeel vastgelegd. In 2017 is er één klacht geweest die uiteindelijk heeft geleid tot eerste een poging tot mediation en vervolgens tot een officiële zitting van de Geschillencommissie Onderwijs. De school is daar in het gelijk gesteld. Daarnaast zijn er diverse klachten binnen gekomen via de mail inzake roosterproblematiek en lesuitval. Deze klachten zijn schriftelijk afgedaan. De klachtenregeling maar ook andere interne procedures zijn onderwerp van evaluatie en worden door een werkgroep gebundeld tot één geheel.